LEEUWARDEN - Vandaag werd voor de rechtbank in Den Bosch de derde zaak in het onderzoek rond Operatie Alfa behandeld. Centraal stond een drugslaboratorium in het Friese Leeuwarden. Het lab werd in mei 2019 opgerold door de politie. Het Openbaar Ministerie presenteerde een aaneenschakeling van bewijs tegen twee verdachten uit de criminele organisatie.

Het is dinsdag 21 mei 2019. Vlakbij Vliegbasis Leeuwarden in het noorden van de stad, bevindt zich de Mr. P.J. Troelstraweg. In een bedrijfspand in die straat, staat het aan het eind van die middag vol met politie. Een dag eerder kwam via het Team Criminele Inlichtingen (TCI) informatie binnen over een mogelijk drugslaboratorium op die locatie. Er werd direct een politieactie voorbereid en de informatie bleek te kloppen. Specialisten van de politie zeggen later over het lab: “Gelet op de hoeveelheid aanwezige chemicaliën, afvalstoffen en apparatuur, kan er gesproken worden van grootschalige en professionele productie van BMK en amfetamine.”

Onderzoek
In het onderzoek werden onder meer beelden van een in beslag genomen camerasysteem bekeken. Een aantal personen werd geïdentificeerd als bezoeker van de lablocatie, waaronder een van de twee verdachten van vandaag. In een caravan in de loods, die diende als slaapplaats voor de kok van het lab, werd een blikje gevonden met daarop DNA van een bekende van de criminele organisatie. Uit afgeluisterde gesprekken, camerabeelden en verklaringen blijkt volgens het OM dat het crimineel samenwerkingsverband eigenaar was van het in Leeuwarden aangetroffen drugslaboratorium.

Bewijzen
De officieren van justitie presenteerden maandag een reeks aan bewijsmateriaal. Zo’n anderhalf uur na de ontdekking van het drugslab, bespraken meerdere leden van de organisatie in een woning op het kamp in Oss over de vondst, zo blijkt uit afgeluisterde gesprekken. In de rechtszaal werden maandag meerdere afgeluisterde gesprekken afgespeeld, waaruit de betrokkenheid van de organisatie blijkt. Ook zijn er berichten op Encrochat gevonden, die aan duidelijk niets te wensen overlaten. Niet onbelangrijk is ook de vondst van een navigatiesysteem in een woning op het woonwagenkamp in Oss, waarin de Mr. P.J. Troelstraweg in Leeuwarden nog in het geheugen staat.

Praten met de politie
Leden van de organisatie praten ook uitgebreid over de reden van de inval en sluiten niet uit dat er mensen hebben gepraat met de politie. Uit een van de afgeluisterde gesprekken valt af te leiden dat ze iemand willen dwingen om te vertellen wat er is gebeurd. Wanneer iemand zich hardop afvraagt hoe je de betreffende man zou kunnen laten praten wordt gezegd: “Ik denk op een stoel en stroom erop!” Het tekent volgens de officieren van justitie de mores van de organisatie.

Ze achten wettelijk en overtuigend bewezen dat in ieder geval twee leden van de organisatie zich schuldig hebben gemaakt aan het produceren van amfetamine en het plegen van voorbereidingshandelingen in dat kader.