Om geld over te houden voor de volgende bestuursperiode en ruimte te houden om uit de corona-crisis te komen, komt GS alleen met voorstellen die nodig zijn om te voldoen aan de wettelijke taken of die onvermijdbaar, onuitstelbaar en onvoorzien zijn. Ook zet de provincie, met de Friese Projectenmachine, extra in op het binnenhalen geld uit Europa.
Gedeputeerde Sander de Rouwe: “Na het eerste corona herstelpakket in 2020 en het tweede herstelpakket dat in april 2021 door PS vastgesteld is, komen we in deze kadernota niet met nieuwe ambities. Met brede welvaart hebben we de goede richting gevonden. Onze ambitie om het geluk op 1 te zetten in Fryslân, staat nog altijd als een huis.”
Noodzakelijke voorstellen in de Kadernota 2022
- Faunabeheereenheid (jaarlijks € 300.000, vanaf 2024);
- Predatiebeheer (eenmalig € 600.000);
- Gewasbeschermingsmiddelen onderzoeksbudget (eenmalig € 150.000);
- Geluidhinder provinciale wegen (jaarlijks € 86.000);
- Thialf exploitatiebijdrage (jaarlijks € 542.000);
- Bevrijdingsfestival (jaarlijks € 45.000);
- Breed cofinancieringsbudget (eenmalig € 2 mln).
Jaarstukken 2020 en Eerste Bestuursrapportage 2021
Naast de Kadernota 2022 presenteren Gedeputeerde Staten ook de Jaarstukken 2020 en de Eerste Bestuursrapportage 2021. In beide stukken is de impact van corona terug te zien. Met name waar fysieke bijeenkomsten van belang zijn voor het behalen van resultaat, zien we vertraging optreden.
De Jaarstukken kijken terug op het voorgaande jaar. Fryslân houdt incidenteel € 32,8 miljoen over, aan het eind van 2020 waarvan € 12,2 miljoen al in de begroting was opgenomen. Dit komt o.a. door meevallers bij de uitkering provinciefonds, lagere afschrijvingslasten en vrijval van een aantal tijdelijke budgetten. GS adviseert aan PS om € 8 miljoen hiervan opnieuw in te zetten voor dezelfde onderwerpen, dit zijn onder andere: de aanpak van onbeveiligde spoorovergangen, het bodemconvenant en de gebiedsontwikkeling WTC Leeuwarden.
De bestuursrapportage is bedoeld om waar dat nodig is, bij te sturen in het huidige jaar. De belangrijkste financiële wijziging in deze eerste bestuursrapportage is de vrijval van ruim € 17 miljoen in de grote infrastructurele projecten. Van dit bedrag wordt € 4 miljoen opnieuw ingezet voor beheer- en onderhoudskosten in de komende jaren. Daarnaast zijn voorstellen opgenomen die eveneens onvermijdbaar, onuitstelbaar en onvoorzien zijn.
De Vrij Aanwendbare Reserve is in 2023, aan het eind van de huidige bestuursperiode, nog € 121,9 miljoen en het Begrotingssaldo op € 3,9 miljoen (onder voorbehoud van besluitvorming in PS over bovenstaande stukken).